Your browser is not supported. Please contact info@galleo.co or try another browser.
Project language:

Tuinstadwijk

General

Wat doet een architect van een renovatieproject van een jaren dertig wijkje wanneer de opdrachtgever een duidelijke voorkeur formuleert voor kunststof kozijnen? Hij slikt een keer flink, gaat vervolgens kijken wat er allemaal mogelijk is, en ontdekt dat kunststof meer te bieden heeft dan hij van tevoren dacht. Zo ging het althans bij Van Schagen architecten. Het architectenbureau voorzag in de Leidse Tuinstadwijk 252 arbeiderswoningen van kunststof kozijnen in jaren dertig stijl die passen in de oorspronkelijke architectuur.

Een betaalbare woning voor de man en vrouw met kleine portemonnee. Met die gedachte werd in de jaren ’20 en ’30 van de vorige eeuw Tuinstadwijk in Leiden gebouwd. De wijk bestaat uit ongeveer 400 woningen variërend van eengezinshuizen tot boven- en benedenwoningen. In de jaren ’80 zijn de woningen voor het laatst onder handen genomen, maar die onderhoudsbeurt deed de wijk architectonisch gezien meer kwaad dan goed, vertelt Gert Jan te Velde van Van Schagen architecten. “Stukken metselwerk zijn weggezaagd, het merendeel van de houten kozijnen is vergroot en vervangen door plat aluminium en er zijn grote aaneengeschakelde dakkapellen geplaatst die weliswaar meer vierkante meters opleverden, maar het beeld flink verstoorden.” De eigenaar, woningcorporatie De Sleutels in Leiden, besloot een jaar of zeven geleden dat het de hoogste tijd was voor een flinke bouwkundige renovatie. “Bovendien was de buurt inmiddels beschermd stadsgezicht geworden. Dat bracht de wens met zich mee de buurt architectonisch gezien in oude glorie te herstellen.” Een eigenaar staat dan voor de keuze: onderhouden, slopen of renoveren? De Sleutels vroeg Van Schagen hen te helpen bij de besluitvorming. Te Velde: “We hebben uitgebreide gesprekken gevoerd met de bewoners, die niet stonden te juichen bij het idee van een grootschalige renovatie, laat staan bij sloop. Mensen woonden er prettig, hadden een lage huur en op wat vochtproblemen na waren er nauwelijks klachten. ‘Los die problemen op, dan zijn wij diep gelukkig’, was de stemming.” Na lang praten legden de bewoners zich neer bij een compromis: een zeer beperkt deel van de wijk zou worden gesloopt, een deel licht opgeknapt met de bedoeling om over een jaar of tien alsnog te worden gesloopt, en 252 woningen zouden een grootschalige renovatie ondergaan. Voor dat laatste tekende Van Schagen in, en kreeg de klus gegund.


Kunststof kozijnen

De opdracht voor Te Velde en zijn team: de woningen zodanig opknappen dat ze weer voor dertig tot veertig jaar mee konden. Daarvoor moeten de energielevels van minimaal naar C en liefst B gebracht worden, maar ook moesten de stedenbouwkundige en cultuurhistorische kwaliteiten van de wijk aanzienlijk verbeteren. Te Velde: “Met behulp van foto’s en tekeningen uit het stadsarchief hebben we het oorspronkelijke beeld van de wijk gereconstrueerd, en op basis daarvan een nieuw plan gemaakt. Volledig restaureren bleek noch mogelijk noch wenselijk, want dat zou onder meer betekenen dat de dakkapellen veel kleiner werden, wat de bewoners teveel ruimte zou kosten. We hebben gekozen voor renoveren met respect voor de oorspronkelijke kwaliteit.”

Er was echter een eis van de opdrachtgever die de architect in eerste instantie dwars tegen de haren in streek: om de onderhoudskosten te beperken, moesten de woningen kunststof kozijnen krijgen. “Dat was wel even slikken”, geeft Te Velde toe. “Bij vergelijkbare renovatieprojecten in Amsterdam en Rotterdam hebben we prachtige houten kozijnen toegepast. Kunststof krijg je in de architectuur doorgaans nooit zo mooi geplooid als hout. Daarnaast is kleur een probleem bij kunststof. Hout kun je in alle honderdduizend bestaande kleuren verf schilderen, maar bij kunststof heb je de keuze uit acht kleuren.”

Te Velde en zijn team zetten zich over de teleurstelling heen door eerst eens te gaan onderzoeken wat er allemaal wél mogelijk was met kunststof. ‘Misschien is dat taboe op kunststof wel helemaal niet zo nodig, zeiden we tegen elkaar. Het scheelde dat de oorspronkelijke kozijnen nogal robuust waren: 90 mm in aanzicht, waar 67 mm standaard is voor houten kozijnen. Op dat punt was het van nature eveneens robuuste kunststof nog niet zo gek.’

Voor Van Schagen stond één ding als een paal boven water: de nieuwe kozijnen moesten in de oorspronkelijke kleur te realiseren zijn. “We hebben samen met kleurexpert Heide Hinthertür in hoekjes zitten krabben om de originele kleuren van de kozijnen tevoorschijn te halen, want kleurenfoto’s waren er destijds natuurlijk niet. We kregen sterke aanwijzingen dat er okerkleuren waren gebruikt, wat overeenkomt met beschikbaar onderzoek naar kleurgebruik in de jaren dertig. Maar die kleur was nou net niet standaard leverbaar in kunststof. Het betekende de nodige vertraging in het project, want we hielden voet bij stuk ten aanzien van de kleur. Uiteindelijk is het de kozijnleverancier gelukt, na lang zoeken en proberen. Ik sluit niet uit dat we anders toch voor hout waren gegaan.”

Het feit dat het project in ketensamenwerking werd gerealiseerd, ervoer Te Velde als een grote steun in dit proces. “Wij kregen de opdracht van de aannemers Dura Vermeer en Heembouw, die samen een vof hadden opgericht voor het project. Al in een heel vroeg stadium werd kozijnleverancier Ploeg bij het project betrokken, die expliciet was geselecteerd op basis van kwaliteit in plaats van op prijs. Zonder die nauwe samenwerking met de ketenpartners hadden wij het niet voor elkaar gekregen.”

Deuren

Ook de deuren moesten van kunststof worden. Waar een kunststof deur doorgaans volgens Te Velde ‘een lelijk ding’ is, heeft hij in de Tuinstadwijk juist geprofiteerd van de mogelijkheden die kunststof biedt ten opzichte van hout. “Uit de deuren is een vierkant vlak gefreesd waar we een dun glasplaatje in hebben geplaatst, dat op precies dezelfde hoogte ligt als het kunststof en zo één geheel vormt met de deur. Bij hout is dat niet mogelijk. Het biedt een mooi, geraffineerd detail en geeft de deuren de fijnheid mee die past in de architectuur van de jaren dertig.”

De geschakelde dakkapellen werden ‘opgeknipt’ om de woningen meer individualiteit te geven. “Dit betekende dat bewoners aan één kant een halve meter ruimte inleverden. Bij ongeveer tien woningen zat daar een badkamertje ingebouwd, waardoor we heel precies moesten passen en meten. We hebben de dakkapellen er af gehaald en in zijn geheel prefab teruggeplaatst.” Andere aanpassingen betroffen het vernieuwen van de cv-ketels, waar nodig vernieuwen van keuken, douche en toilet, en het aanbrengen van mechanische ventilatie. De tuinmuren werden opgeknapt en het voegwerk vervangen.

Te Velde sluit niet uit dat hij in de toekomst kunststof als materiaal vaker zal overwegen. “Een architect moet per situatie beoordelen welk materiaal het beste past. Rank is bijvoorbeeld niet altijd een vereiste. Mijn beeld van kunststof is wel veranderd ja, en het is zeker denkbaar dat kunststof voor bepaalde projecten een serieuze optie kan zijn.”

Wat doet een architect van een renovatieproject van een jaren dertig wijkje wanneer de opdrachtgever een duidelijke voorkeur formuleert voor kunststof kozijnen? Hij slikt een keer flink, gaat vervolgens kijken wat er allemaal mogelijk is, en ontdekt dat kunststof meer te bieden heeft dan hij van tevoren dacht. Zo ging het althans bij Van Schagen architecten. Het architectenbureau voorzag in de Leidse Tuinstadwijk 252 arbeiderswoningen van kunststof kozijnen in jaren dertig stijl die passen in de oorspronkelijke architectuur.

Een betaalbare woning voor de man en vrouw met kleine portemonnee. Met die gedachte werd in de jaren ’20 en ’30 van de vorige eeuw Tuinstadwijk in Leiden gebouwd. De wijk bestaat uit ongeveer 400 woningen variërend van eengezinshuizen tot boven- en benedenwoningen. In de jaren ’80 zijn de woningen voor het laatst onder handen genomen, maar die onderhoudsbeurt deed de wijk architectonisch gezien meer kwaad dan goed, vertelt Gert Jan te Velde van Van Schagen architecten. “Stukken metselwerk zijn weggezaagd, het merendeel van de houten kozijnen is vergroot en vervangen door plat aluminium en er zijn grote aaneengeschakelde dakkapellen geplaatst die weliswaar meer vierkante meters opleverden, maar het beeld flink verstoorden.” De eigenaar, woningcorporatie De Sleutels in Leiden, besloot een jaar of zeven geleden dat het de hoogste tijd was voor een flinke bouwkundige renovatie. “Bovendien was de buurt inmiddels beschermd stadsgezicht geworden. Dat bracht de wens met zich mee de buurt architectonisch gezien in oude glorie te herstellen.” Een eigenaar staat dan voor de keuze: onderhouden, slopen of renoveren? De Sleutels vroeg Van Schagen hen te helpen bij de besluitvorming. Te Velde: “We hebben uitgebreide gesprekken gevoerd met de bewoners, die niet stonden te juichen bij het idee van een grootschalige renovatie, laat staan bij sloop. Mensen woonden er prettig, hadden een lage huur en op wat vochtproblemen na waren er nauwelijks klachten. ‘Los die problemen op, dan zijn wij diep gelukkig’, was de stemming.” Na lang praten legden de bewoners zich neer bij een compromis: een zeer beperkt deel van de wijk zou worden gesloopt, een deel licht opgeknapt met de bedoeling om over een jaar of tien alsnog te worden gesloopt, en 252 woningen zouden een grootschalige renovatie ondergaan. Voor dat laatste tekende Van Schagen in, en kreeg de klus gegund.


Kunststof kozijnen

De opdracht voor Te Velde en zijn team: de woningen zodanig opknappen dat ze weer voor dertig tot veertig jaar mee konden. Daarvoor moeten de energielevels van minimaal naar C en liefst B gebracht worden, maar ook moesten de stedenbouwkundige en cultuurhistorische kwaliteiten van de wijk aanzienlijk verbeteren. Te Velde: “Met behulp van foto’s en tekeningen uit het stadsarchief hebben we het oorspronkelijke beeld van de wijk gereconstrueerd, en op basis daarvan een nieuw plan gemaakt. Volledig restaureren bleek noch mogelijk noch wenselijk, want dat zou onder meer betekenen dat de dakkapellen veel kleiner werden, wat de bewoners teveel ruimte zou kosten. We hebben gekozen voor renoveren met respect voor de oorspronkelijke kwaliteit.”

Er was echter een eis van de opdrachtgever die de architect in eerste instantie dwars tegen de haren in streek: om de onderhoudskosten te beperken, moesten de woningen kunststof kozijnen krijgen. “Dat was wel even slikken”, geeft Te Velde toe. “Bij vergelijkbare renovatieprojecten in Amsterdam en Rotterdam hebben we prachtige houten kozijnen toegepast. Kunststof krijg je in de architectuur doorgaans nooit zo mooi geplooid als hout. Daarnaast is kleur een probleem bij kunststof. Hout kun je in alle honderdduizend bestaande kleuren verf schilderen, maar bij kunststof heb je de keuze uit acht kleuren.”

Te Velde en zijn team zetten zich over de teleurstelling heen door eerst eens te gaan onderzoeken wat er allemaal wél mogelijk was met kunststof. ‘Misschien is dat taboe op kunststof wel helemaal niet zo nodig, zeiden we tegen elkaar. Het scheelde dat de oorspronkelijke kozijnen nogal robuust waren: 90 mm in aanzicht, waar 67 mm standaard is voor houten kozijnen. Op dat punt was het van nature eveneens robuuste kunststof nog niet zo gek.’

Voor Van Schagen stond één ding als een paal boven water: de nieuwe kozijnen moesten in de oorspronkelijke kleur te realiseren zijn. “We hebben samen met kleurexpert Heide Hinthertür in hoekjes zitten krabben om de originele kleuren van de kozijnen tevoorschijn te halen, want kleurenfoto’s waren er destijds natuurlijk niet. We kregen sterke aanwijzingen dat er okerkleuren waren gebruikt, wat overeenkomt met beschikbaar onderzoek naar kleurgebruik in de jaren dertig. Maar die kleur was nou net niet standaard leverbaar in kunststof. Het betekende de nodige vertraging in het project, want we hielden voet bij stuk ten aanzien van de kleur. Uiteindelijk is het de kozijnleverancier gelukt, na lang zoeken en proberen. Ik sluit niet uit dat we anders toch voor hout waren gegaan.”

Het feit dat het project in ketensamenwerking werd gerealiseerd, ervoer Te Velde als een grote steun in dit proces. “Wij kregen de opdracht van de aannemers Dura Vermeer en Heembouw, die samen een vof hadden opgericht voor het project. Al in een heel vroeg stadium werd kozijnleverancier Ploeg bij het project betrokken, die expliciet was geselecteerd op basis van kwaliteit in plaats van op prijs. Zonder die nauwe samenwerking met de ketenpartners hadden wij het niet voor elkaar gekregen.”

Deuren

Ook de deuren moesten van kunststof worden. Waar een kunststof deur doorgaans volgens Te Velde ‘een lelijk ding’ is, heeft hij in de Tuinstadwijk juist geprofiteerd van de mogelijkheden die kunststof biedt ten opzichte van hout. “Uit de deuren is een vierkant vlak gefreesd waar we een dun glasplaatje in hebben geplaatst, dat op precies dezelfde hoogte ligt als het kunststof en zo één geheel vormt met de deur. Bij hout is dat niet mogelijk. Het biedt een mooi, geraffineerd detail en geeft de deuren de fijnheid mee die past in de architectuur van de jaren dertig.”

De geschakelde dakkapellen werden ‘opgeknipt’ om de woningen meer individualiteit te geven. “Dit betekende dat bewoners aan één kant een halve meter ruimte inleverden. Bij ongeveer tien woningen zat daar een badkamertje ingebouwd, waardoor we heel precies moesten passen en meten. We hebben de dakkapellen er af gehaald en in zijn geheel prefab teruggeplaatst.” Andere aanpassingen betroffen het vernieuwen van de CV ketels, waar nodig vernieuwen van keuken, douche en toilet, en het aanbrengen van mechanische ventilatie. De tuinmuren werden opgeknapt en het voegwerk vervangen.

Te Velde sluit niet uit dat hij in de toekomst kunststof als materiaal vaker zal overwegen. “Een architect moet per situatie beoordelen welk materiaal het beste past. Rank is bijvoorbeeld niet altijd een vereiste. Mijn beeld van kunststof is wel veranderd ja, en het is zeker denkbaar dat kunststof voor bepaalde projecten een serieuze optie kan zijn.”

Related associations

Logo
Name

Related projects

No results found

Company only pages are only available for project partners of a project. Since you are not listed as a project partner, you are not able to access this company only page.
Did your company worked on this project? Go to the Public page and list yourself as a project partner to access your company only page
Uploading a picture is currently only possible if you worked on this project and your company is listed in the team.
You're now following Tuinstadwijk. Click here to see everything you're following.
You stopped following Tuinstadwijk
Project added to your favorite projects. Click here to see your favorites.
Tuinstadwijk is removed from your Favorites

Click the +Favorite button to add this project to your personal favorites