Your browser is not supported. Please contact info@galleo.co or try another browser.
Project language:

I/O gebouw

General

Wat zijn de bouwkundige maatregelen waar u aan denkt als u gevraagd wordt het meest duurzame onderwijsgebouw van Nederland te ontwerpen? Denkt u dan ook aan gerecycled glas in de gevel en pv-paneeltjes als zonwering in de lichtstraat? Thomas Bögl wel. De architect ontwierp het I/O gebouw van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). Tijdens de Dag van de Duurzaamheid 2014 leidde hij belangstellenden rond.

Erkenning voor de wijze waarop het I/O gebouw is geconstrueerd kreeg Thomas Bögl een paar dagen voor de opendag. Uit handen van Rob Boerée, directeur Nationale Programma’s bij RVO.nl, ontving hij de Solar Tours Trofee 2014. In het juryrapport wordt het gebouw geroemd om de brede manier waarop duurzaamheid gestalte kreeg. Niet alleen werd gekeken naar het energieverbruik, ook waterverbruik, materiaalgebruik, luchtkwaliteit en verlichting waren punten waaraan de architect aandacht besteedde tijdens het ontwerpproces.

Thomas Bögl, architect LIAG architecten  

“Voor de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) was het duidelijk: hun nieuwe faculteitsgebouw moest de meest duurzame zijn van Nederland. Op basis van de Greencalc-berekening tien procent beter dan de Haagse Hogeschool in Delft. Maar hoe bereik je dat op een relatief klein perceel?”, met deze vragen werd Bögl geconfronteerd.  “Als architect maak je dan eerst een omgevingsanalyse. Daarnaast is het van belang naar de juridische context te kijken. We vonden het van belang om de omgeving, het bestaande gebouw waar de HAN tevreden over was en de monumentale bomen en villa’s in de buurt als randvoorwaarden te betrekken. Het is een ‘postzegellocatie’ en daarnaast heeft het perceel geen rechthoekige vorm. Dat brengt beperkingen met zich mee. Niet alleen omdat de straat afgezet moet worden voor de bouwwerkzaamheden, maar ook omdat je maar beperkt de hoogte in kunt, zonder de buren hun licht te ontnemen”, vertelt hij.

Bögl koos twee bouwvolumes die door een atrium zijn verbonden. De voorgevel is aan de ene kant uitkragend en heeft aan de andere kant terrassen, om de buren hun daglicht niet te ontnemen. “Aan de voorzijde van het gebouw springt de uitkragende gevel direct in het oog. Het is een betonnen schil met een dikte van twee centimeter. Dat is de helft van een standaardconstructie. De beperkte dikte is mogelijk doordat het staal is weggelaten en vervangen werd door glasvezel.” Verder valt de glinstering op en het vakmanschap van de bouwer. “In plaats van grind is de toeslagstof gerecycled glas. Dat geeft een kleine schittering in het zonlicht.”Bögl is ook zeer te spreken over de vaardigheden van de aannemer. “Het is een uitdaging om alle gevelpanelen goed en strak geplaatst te krijgen. Daar ging veel denk- en puzzelwerk aan vooraf, want: hoe krijg je die laatste plaat erin?” Waar de architect ook trots op is zijn de kozijnen. “Het is een combinatie van vingergelast vurenhout en aluminium en nog niet eerder op deze wijze aan een buitenzijde toegepast. We konden de opdrachtgever overtuigen doordat zij besparen op onderhoud.”

Belangrijk voor de HAN was dat het gebouw zeer duurzaam is. “Een goede situering ten opzichte van de zon is dan essentieel. Maar duurzaamheid is meer dan het reduceren van het energieverbruik. Daarom werd ook gekeken naar biologisch materiaalgebruik, groene gevels die het fijnstof reduceren, innovatief gebruik van zonnepanelen, gebruik van het dak en het duurzaam materiaal gebruik voor de gevel.” Een ander zwaarwegend aspect zijn de kosten. “De investeringskosten en de kosten van het beheer en onderhoud. Op de investeringskosten hebben we echter nog iets kunnen besparen. In plaats van de PV-panelen direct mee te nemen in de aanbesteding, kozen we ervoor om ze pas in een later stadium op te nemen. Dat is mede ingegeven door de snelle ontwikkelingen op dat terrein. Door de panelen later aan te besteden konden we de kosten met een derde beperken en kregen we panelen met een grotere opbrengst.” In de lichtstraten zijn kleine PV-panelen aangebracht. “Een punt van aandacht was de daglichttoetreding. Bij veel zonlicht zou het te warm worden. De oplossing werd gevonden in kleine zonnepanelen die voor de ramen van de lichtstraat zijn bevestigd. Deze leveren weliswaar relatief minder energie dan de grote panelen, maar het levert meerwaarde ten opzichte van zonwering. Bovendien geven de kleine panelen een mooi lichtpatroon aan de binnenzijde van het gebouw.”

Gerard Lokhorst, directeur Duurzaam gebouw en oprichter Duurzame scholen

Naast Bögl verzorgde ook Gerard Lokhorst een presentatie tijdens de Dag van de Duurzaamheid. Hij ging in op de verandering in wetgeving per 2015. “Voor scholen is dat ingrijpend. Vanaf 1 januari zijn scholen zelf verantwoordelijk voor het onderhoud, zowel aan de binnen- als buitenzijde van een gebouw. En dat terwijl de financiële buffers bij schoolorganisaties teruglopen”, zegt hij. Daar komt bij dat verbetering van klimaatinstallaties en het onderhoud hoog op de agenda’s staat. Wil je als bouwer en architect scholen tegemoetkomen en ondersteunen dan moet je hun taal leren spreken en adviseren.”

Wat zijn de bouwkundige maatregelen waar u aan denkt als u gevraagd wordt het meest duurzame onderwijsgebouw van Nederland te ontwerpen? Denkt u dan ook aan gerecycled glas in de gevel en pv-paneeltjes als zonwering in de lichtstraat? Thomas Bögl wel. De architect ontwierp het I/O gebouw van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). Tijdens de Dag van de Duurzaamheid 2014 leidde hij belangstellenden rond.

Erkenning voor de wijze waarop het I/O gebouw is geconstrueerd kreeg Thomas Bögl een paar dagen voor de opendag. Uit handen van Rob Boerée, directeur Nationale Programma’s bij RVO.nl, ontving hij de Solar Tours Trofee 2014. In het juryrapport wordt het gebouw geroemd om de brede manier waarop duurzaamheid gestalte kreeg. Niet alleen werd gekeken naar het energieverbruik, ook waterverbruik, materiaalgebruik, luchtkwaliteit en verlichting waren punten waaraan de architect aandacht besteedde tijdens het ontwerpproces.

Thomas Bögl, architect LIAG architecten  

“Voor de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) was het duidelijk: hun nieuwe faculteitsgebouw moest de meest duurzame zijn van Nederland. Op basis van de Greencalc-berekening tien procent beter dan de Haagse Hogeschool in Delft. Maar hoe bereik je dat op een relatief klein perceel?”, met deze vragen werd Bögl geconfronteerd.  “Als architect maak je dan eerst een omgevingsanalyse. Daarnaast is het van belang naar de juridische context te kijken. We vonden het van belang om de omgeving, het bestaande gebouw waar de HAN tevreden over was en de monumentale bomen en villa’s in de buurt als randvoorwaarden te betrekken. Het is een ‘postzegellocatie’ en daarnaast heeft het perceel geen rechthoekige vorm. Dat brengt beperkingen met zich mee. Niet alleen omdat de straat afgezet moet worden voor de bouwwerkzaamheden, maar ook omdat je maar beperkt de hoogte in kunt, zonder de buren hun licht te ontnemen”, vertelt hij.

Bögl koos twee bouwvolumes die door een atrium zijn verbonden. De voorgevel is aan de ene kant uitkragend en heeft aan de andere kant terrassen, om de buren hun daglicht niet te ontnemen. “Aan de voorzijde van het gebouw springt de uitkragende gevel direct in het oog. Het is een betonnen schil met een dikte van twee centimeter. Dat is de helft van een standaardconstructie. De beperkte dikte is mogelijk doordat het staal is weggelaten en vervangen werd door glasvezel.” Verder valt de glinstering op en het vakmanschap van de bouwer. “In plaats van grind is de toeslagstof gerecycled glas. Dat geeft een kleine schittering in het zonlicht.”Bögl is ook zeer te spreken over de vaardigheden van de aannemer. “Het is een uitdaging om alle gevelpanelen goed en strak geplaatst te krijgen. Daar ging veel denk- en puzzelwerk aan vooraf, want: hoe krijg je die laatste plaat erin?” Waar de architect ook trots op is zijn de kozijnen. “Het is een combinatie van vingergelast vurenhout en aluminium en nog niet eerder op deze wijze aan een buitenzijde toegepast. We konden de opdrachtgever overtuigen doordat zij besparen op onderhoud.”

Belangrijk voor de HAN was dat het gebouw zeer duurzaam is. “Een goede situering ten opzichte van de zon is dan essentieel. Maar duurzaamheid is meer dan het reduceren van het energieverbruik. Daarom werd ook gekeken naar biologisch materiaalgebruik, groene gevels die het fijnstof reduceren, innovatief gebruik van zonnepanelen, gebruik van het dak en het duurzaam materiaal gebruik voor de gevel.” Een ander zwaarwegend aspect zijn de kosten. “De investeringskosten en de kosten van het beheer en onderhoud. Op de investeringskosten hebben we echter nog iets kunnen besparen. In plaats van de PV-panelen direct mee te nemen in de aanbesteding, kozen we ervoor om ze pas in een later stadium op te nemen. Dat is mede ingegeven door de snelle ontwikkelingen op dat terrein. Door de panelen later aan te besteden konden we de kosten met een derde beperken en kregen we panelen met een grotere opbrengst.” In de lichtstraten zijn kleine PV-panelen aangebracht. “Een punt van aandacht was de daglichttoetreding. Bij veel zonlicht zou het te warm worden. De oplossing werd gevonden in kleine zonnepanelen die voor de ramen van de lichtstraat zijn bevestigd. Deze leveren weliswaar relatief minder energie dan de grote panelen, maar het levert meerwaarde ten opzichte van zonwering. Bovendien geven de kleine panelen een mooi lichtpatroon aan de binnenzijde van het gebouw.”

Gerard Lokhorst, directeur Duurzaam gebouw en oprichter Duurzame scholen

Naast Bögl verzorgde ook Gerard Lokhorst een presentatie tijdens de Dag van de Duurzaamheid. Hij ging in op de verandering in wetgeving per 2015. “Voor scholen is dat ingrijpend. Vanaf 1 januari zijn scholen zelf verantwoordelijk voor het onderhoud, zowel aan de binnen- als buitenzijde van een gebouw. En dat terwijl de financiële buffers bij schoolorganisaties teruglopen”, zegt hij. Daar komt bij dat verbetering van klimaatinstallaties en het onderhoud hoog op de agenda’s staat. Wil je als bouwer en architect scholen tegemoetkomen en ondersteunen dan moet je hun taal leren spreken en adviseren.”

Wat zijn de bouwkundige maatregelen waar u aan denkt als u gevraagd wordt het meest duurzame onderwijsgebouw van Nederland te ontwerpen? Denkt u dan ook aan gerecycled glas in de gevel en pv-paneeltjes als zonwering in de lichtstraat? Thomas Bögl wel. De architect ontwierp het I/O gebouw van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). Tijdens de Dag van de Duurzaamheid 2014 leidde hij belangstellenden rond.

Erkenning voor de wijze waarop het I/O gebouw is geconstrueerd kreeg Thomas Bögl een paar dagen voor de opendag. Uit handen van Rob Boerée, directeur Nationale Programma’s bij RVO.nl, ontving hij de Solar Tours Trofee 2014. In het juryrapport wordt het gebouw geroemd om de brede manier waarop duurzaamheid gestalte kreeg. Niet alleen werd gekeken naar het energieverbruik, ook waterverbruik, materiaalgebruik, luchtkwaliteit en verlichting waren punten waaraan de architect aandacht besteedde tijdens het ontwerpproces.

Thomas Bögl, architect LIAG architecten  

“Voor de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) was het duidelijk: hun nieuwe faculteitsgebouw moest de meest duurzame zijn van Nederland. Op basis van de Greencalc-berekening tien procent beter dan de Haagse Hogeschool in Delft. Maar hoe bereik je dat op een relatief klein perceel?”, met deze vragen werd Bögl geconfronteerd.  “Als architect maak je dan eerst een omgevingsanalyse. Daarnaast is het van belang naar de juridische context te kijken. We vonden het van belang om de omgeving, het bestaande gebouw waar de HAN tevreden over was en de monumentale bomen en villa’s in de buurt als randvoorwaarden te betrekken. Het is een ‘postzegellocatie’ en daarnaast heeft het perceel geen rechthoekige vorm. Dat brengt beperkingen met zich mee. Niet alleen omdat de straat afgezet moet worden voor de bouwwerkzaamheden, maar ook omdat je maar beperkt de hoogte in kunt, zonder de buren hun licht te ontnemen”, vertelt hij.

Bögl koos twee bouwvolumes die door een atrium zijn verbonden. De voorgevel is aan de ene kant uitkragend en heeft aan de andere kant terrassen, om de buren hun daglicht niet te ontnemen. “Aan de voorzijde van het gebouw springt de uitkragende gevel direct in het oog. Het is een betonnen schil met een dikte van twee centimeter. Dat is de helft van een standaardconstructie. De beperkte dikte is mogelijk doordat het staal is weggelaten en vervangen werd door glasvezel.” Verder valt de glinstering op en het vakmanschap van de bouwer. “In plaats van grind is de toeslagstof gerecycled glas. Dat geeft een kleine schittering in het zonlicht.”Bögl is ook zeer te spreken over de vaardigheden van de aannemer. “Het is een uitdaging om alle gevelpanelen goed en strak geplaatst te krijgen. Daar ging veel denk- en puzzelwerk aan vooraf, want: hoe krijg je die laatste plaat erin?” Waar de architect ook trots op is zijn de kozijnen. “Het is een combinatie van vingergelast vurenhout en aluminium en nog niet eerder op deze wijze aan een buitenzijde toegepast. We konden de opdrachtgever overtuigen doordat zij besparen op onderhoud.”

Belangrijk voor de HAN was dat het gebouw zeer duurzaam is. “Een goede situering ten opzichte van de zon is dan essentieel. Maar duurzaamheid is meer dan het reduceren van het energieverbruik. Daarom werd ook gekeken naar biologisch materiaalgebruik, groene gevels die het fijnstof reduceren, innovatief gebruik van zonnepanelen, gebruik van het dak en het duurzaam materiaal gebruik voor de gevel.” Een ander zwaarwegend aspect zijn de kosten. “De investeringskosten en de kosten van het beheer en onderhoud. Op de investeringskosten hebben we echter nog iets kunnen besparen. In plaats van de PV-panelen direct mee te nemen in de aanbesteding, kozen we ervoor om ze pas in een later stadium op te nemen. Dat is mede ingegeven door de snelle ontwikkelingen op dat terrein. Door de panelen later aan te besteden konden we de kosten met een derde beperken en kregen we panelen met een grotere opbrengst.” In de lichtstraten zijn kleine PV-panelen aangebracht. “Een punt van aandacht was de daglichttoetreding. Bij veel zonlicht zou het te warm worden. De oplossing werd gevonden in kleine zonnepanelen die voor de ramen van de lichtstraat zijn bevestigd. Deze leveren weliswaar relatief minder energie dan de grote panelen, maar het levert meerwaarde ten opzichte van zonwering. Bovendien geven de kleine panelen een mooi lichtpatroon aan de binnenzijde van het gebouw.”

Gerard Lokhorst, directeur Duurzaam gebouw en oprichter Duurzame scholen

Naast Bögl verzorgde ook Gerard Lokhorst een presentatie tijdens de Dag van de Duurzaamheid. Hij ging in op de verandering in wetgeving per 2015. “Voor scholen is dat ingrijpend. Vanaf 1 januari zijn scholen zelf verantwoordelijk voor het onderhoud, zowel aan de binnen- als buitenzijde van een gebouw. En dat terwijl de financiële buffers bij schoolorganisaties teruglopen”, zegt hij. Daar komt bij dat verbetering van klimaatinstallaties en het onderhoud hoog op de agenda’s staat. Wil je als bouwer en architect scholen tegemoetkomen en ondersteunen dan moet je hun taal leren spreken en adviseren.”

Related associations

Logo
Name

Related projects

No results found

Company only pages are only available for project partners of a project. Since you are not listed as a project partner, you are not able to access this company only page.
Did your company worked on this project? Go to the Public page and list yourself as a project partner to access your company only page
Uploading a picture is currently only possible if you worked on this project and your company is listed in the team.
You're now following I/O gebouw. Click here to see everything you're following.
You stopped following I/O gebouw
Project added to your favorite projects. Click here to see your favorites.
I/O gebouw is removed from your Favorites

Click the +Favorite button to add this project to your personal favorites